De vier speeltypen

Ieder kind heeft een eigen manier van spelen. Sommige kinderen spelen het liefst met blokken en bouwen daar van alles en nog wat mee. Andere kinderen spelen liever met poppen en spelen dan het dagelijkse leven mee na. Weer andere kinderen spelen het liefste de hele dag voetbal en klimmen in bomen. Zo is ieder kind weer anders. Uit onderzoek blijkt dat er vier speel typen bestaan namelijk de rauwer, de douwer, de bouwer en de schouwer.

De rauwer

De rauwer is een echte doener. Dit kind is altijd op zoek naar actie en let vooral op de grote lijnen. Kenmerkend voor de rauwer is de hoge mate van energie en het snelle enthousiasme. Maar deze kinderen kunnen zich vaak niet of moeilijk voor langere tijd concentreren. De rauwer maak je bijvoorbeeld heel blij met houten schommels, hiermee kunnen ze zich uren vermaken. Ander leuk buitenspeelgoed is een trampoline, een voetbal of een springtouw. Speelgoed waar de kinderen actief mee bezig kunnen zijn, passen het beste bij de rauwer.

De douwer

De douwer is de uitvinder of puzzelaar van het stel. Hun grootste doel is om alles te onderzoeken en te begrijpen. Hun interesse ligt vooral bij spellen waar strategie en inzicht voor nodig is. Deze kinderen kunnen zich langer concentreren, hebben meer geduld en zijn in staat om moeite te doen.

De schouwer

Dit soort kinderen zijn voornamelijk gericht op het uiterlijk en de details. Ze houden ervan om te dromen en te fantaseren. Een schouwer is creatief en vaak ook introvert. Deze kinderen kunnen ook heel leuk alleen spelen. Ze zijn wat rustiger dan bijvoorbeeld de rauwer.

De bouwer

De bouwer is sociaal ingesteld, daarnaast ook praktisch en inventief. Ze zijn vaak de leiders van de groep. De bouwers zijn gericht op resultaat. Ze zijn ondernemend en praktisch. Eigenlijk kunnen ze met alles spelen.